Beoordeling volgens rubric
Les
Onvoldoende | Voldoende | Goed | Uitstekend | |
---|---|---|---|---|
Tijd | De les duurt langer dan 30 minuten of is korter dan 10 minuten. | De les duurt niet 20 minuten maar is niet langer dan 25 minuten of korter dan 15. | De les duurt ongeveer 20 minuten | De les duurt ongeveer 20 minuten. Je laat in je verslag zien hoe je daar rekening mee hebt gehouden. |
Structuur | De les verloopt chaotisch. | Er is een tijdsindeling opgenomen in de presentatie. | De presentatie heeft een inleiding met doelen, een planning, een slot met samenvatting en ruimte voor eventuele vragen. | De les verloopt volgens planning. |
Beheersing van het onderwerp | Jullie beheersen het onderwerp niet en moeten de uitleg oplezen. | Jullie beheersen het onderwerp zo goed dat jullie slechts spiekbriefjes met kernwoorden nodig hebben. | Jullie beheersen het onderwerp zo goed dat jullie geen spiekbriefjes nodig hebben. | en jullie kunnen vragen beantwoorden van het publiek. |
Interactie | De presentatie kent geen interactie. | In de presentatie zitten vragen aan de klasgenoten. | Er wordt ingegaan op antwoorden van klasgenoten. | Er worden voorbeelden gebruikt die worden aangedragen door de klasgenoten. |
Praktijk voorbeeld LET OP: Dit mag met een stukje film. In de presentatie mag maar 1 filmpje van ongeveer 1 minuut. Of zelfgemaakt filmpje dat iets langer is. | In de presentatie wordt geen gebruik gemaakt van een praktijkvoorbeeld. | In de presentatie wordt gebruik gemaakt van een praktijkvoorbeeld. | In de presentatie wordt gebruik gemaakt van een praktijkvoorbeeld waaraan de theorie wordt gekoppeld. | In de presentatie wordt gebruik gemaakt van een praktijkvoorbeeld waaraan de theorie wordt gekoppeld samen met een opdracht. |
Formule | In de presentatie komt de formule niet naar voren. | In de presentatie komt de formule naar voren. Grootheden en eenheden worden benoemd. | In de presentatie komt de formule naar voren en hiermee wordt geoefend. | Ook wordt er iets vertelt over de herkomst (geschiedenis) van de theorie. |
Toetsing | De kennis uit de presentatie wordt niet getoetst. | De kennis uit de presentatie wordt getoetst maar niet iedere leerling wordt betrokken. | De kennis uit de presentatie wordt getoetst en iedere leerling wordt betrokken. Hiervoor wordt een leuke toetsvorm gebruikt. (spelletje, socrative…..) | De klasgenoten weten of ze de goede antwoorden hebben gegeven. |
Demonstratie | Het onderwerp wordt niet gedemonstreerd | Het onderwerp wordt gedemonstreerd. Maar er is geen theoretische onderbouwing. | Het onderwerp wordt gedemonstreerd. En er is theoretische onderbouwing. | en de klas wordt betrokken bij de demonstratie. |
Digitaal materiaal presentatie | Het digitale materiaal is ondermaats en is niet op tijd ingeleverd. (bevat veel tekst, Is onduidelijk te lezen etc.) |
Het digitale materiaal van de presentatie bevat niet te veel tekst, is duidelijk leesbaar voor de hele klas. En is uiterlijk 3 dagen voor de presentatie ingeleverd. |
Het digitale materiaal ondersteunt de presentatie en lijdt niet af van de presentatie. | en bevat filmpjes of animaties die een onderwerp verduidelijken. |
Verslag
Onvoldoende | Voldoende | Goed | Uitstekend | |
---|---|---|---|---|
Opmaak | Het verslag bevat niet alle verplichte onderdelen. | Het verslag bevat de 11 verplichte onderdelen. | Het verslag ziet er verzorgt uit, het bevat bijna geen spelfouten en er wordt een constante opmaak gebruikt. | Er wordt gebruik gemaakt van kop- en voettekst, bladzijdenummering, kop opmaakt en een automatische inhoudsopgave. |
Planning | Er is geen planning gemaakt. | Er is een planning met weeknummers of datums. | Er is in de planning rekening gehouden met vertraging of pech. | In de planning staat per les / d-uur en huiswerkmoment wat er gedaan moet worden. |
De theoretische uitwerking van het onderwerp | Er is onvoldoende diepgang of de theorie is onjuist. | De theorie is beschreven en is ook juist. De relevante formules staan in het verslag. | De theorie is in eigen woorden beschreven. | De theorie wordt ondersteunt door afbeeldingen of schema’s |
Keuzes verantwoorden | De keuzes worden niet verantwoord in een verlag. | Er wordt een keuze verantwoording gemaakt van jullie les | Er wordt een keuze verantwoording gemaakt van jullie les per onderdeel. | en je formuleert daarbij lesdoelen. |
Bronnen | Je hebt niet vermeld waar je de informatie vandaan hebt | Je hebt vermeld waar je de informatie vandaan hebt | dit heb je duidelijk weergegeven met een titel en een link. | Je hebt je bronvermelding gedaan in APA. (Tip: youtube: APA verwijzing) |
Feedback | Jullie hebben de feedback uit de klas niet verwerkt | Jullie hebben de feedback uit de klas overgenomen in je verslag | en hebben daar een conclusie uitgetrokken. | en je maakt een voornemen voor de volgende keer. |
Video | Er is niet gereflecteerd op de video van de presentatie | Er is door jullie groep gereflecteerd op de presentatie. | deze reflectie is per lesonderdeel gescheiden | Je noteert Tops en Tips over het lesonderdeel. |
Samenwerken
Onvoldoende | Voldoende | Goed | Uitstekend | |
---|---|---|---|---|
Samenwerkingsformulier | Er is niet duidelijk hoe jullie hebben samengewerkt | Jullie hebben het samenwerkingsformulier op tijd ingeleverd. | Jullie hebben in het verslag laten zien hoe jullie hebben samengewerkt. | Jullie hebben het samenwerkingsformulier zonder hulp van de docent ingevuld. |
Taakverdeling | Het is niet duidelijk hoe de taken zijn verdeeld. Tijdens de presentatie zijn de rollen niet eerlijk verdeeld. | De taken zijn onderling verdeeld maar jullie hebben hierbij hulp nodig gehad van de docent. | De taken zijn verdeeld en dit is duidelijk zichtbaar in jullie presentatie en ook in jullie verslag. | en jullie hebben allemaal een stukje geschreven over hoe de taakverdeling is verlopen. |