Stoppen
Als een voertuig moet stoppen gaat dat niet zomaar. Het stoppen bestaat uit 2 fases. De reactiefase en de remfase. De lengte van beide fases hangt af van verschillende factoren. De reactieafstand en de remafstand vormen samen de stopafstand.
Reactieafstand
Een bestuurder ziet een reden om te gaan remmen. Die reden kan van alles zijn. Een stoplicht, een voetganger op een zebrapad, een bal op de weg of een auto van rechts. De bestuurder remt niet gelijk. Hij heeft tijd nodig om te reageren. Dit is de tijd die hij nodig heeft om een beslissing te nemen, zijn voet naar het rempedaal te brengen en het rempedaal in te drukken. Vanaf het moment dat hij het rempedaal indrukt begint het voertuig met remmen.
Tijdens de reactiefase verandert de snelheid van het voertuig niet. Je kunt daarom de afstand berekenen met de formule s = v * t. De afstand s in meters, de snelheid v in m/s en de tijd t in seconden.
Factoren die van invloed zijn op de reactieafstand zijn de snelheid van het voertuig en zaken die de bestuurder belemmeren om snel te reageren. Drank, drugs, muziek, bellen, video kijken of een gesprek zorgen dat een bestuurder langzamer reageert.
Test hier je reactiesnelheid
Remafstand
Als de bestuurder het rempedaal indrukt begint het voertuig snelheid te verminderen. Je kunt niet precies berekenen hoe groot de remafstand is. Dit hangt af van veel factoren en er is geen formule voor. Wel kun je tabellen raadplegen waar de snelheid en de remafstand in zijn verwerkt.
De grip van het voertuig op de weg heeft veel invloed op de remafstand. Als het glad is of als de banden versleten zijn kan het voertuig weinig kracht op de weg uitoefenen.
In de paragraaf over traagheid heb je geleerd dat zware voertuigen ook moeilijk kunnen stoppen. Hoe groter de traagheid van een voertuig, hoe langer de remafstand.
Stopafstand
De stopafstand is de reactieafstand en de remafstand samen. Dit is een praktische afstand omdat dit uiteindelijk bepaalt hoeveel afstand je nodig hebt om te stoppen. Gemeenschappelijke factoren van de reactieafstand en de remafstand beïnvloeden direct de stopafstand. Zo is de snelheid van het voertuig in beide fases erg belangrijk.
Doelen
- Je weet wat wordt bedoeld met de reactieafstand, remafstand en stopafstand.
- Je kunt de reactieafstand uitrekenen.
- Je kun in een tabel opzoeken wat de remafstand van een auto is.
- Je kunt de stopafstand berekenen.
Zet de factoren bij de juiste afstand in de tabel.
Noem nog 2 factoren die van invloed zijn op de reactieafstand.
Noem nog 2 factoren die van invloed zijn op de remafstand.
Maak een lijndiagram van de tabel over remafstand en snelheid.
Een auto rijdt met 50 km/h in de stad. Bereken de snelheid in m/s.
De bestuurder heeft 1,4 seconden nodig om te reageren. Bereken de reactieafstand.
Schat met behulp van de tabel hoe groot de remafstand is.
Bereken de stopafstand van de auto.
Een auto heeft een snelheid van 35m/s. Op wat voor weg rijdt deze auto?
Een brommer heeft een reactieafstand van 20m en een reactietijd van 2 seconden. Bereken de snelheid van de brommer.
Een fiets heeft een snelheid van 5m/s en een reactieafstand van 8m. Bereken de reactietijd.
Vraag aan de docent de grote liniaal. Werk in tweetallen. 1 Persoon laat de liniaal los en de ander vangt de liniaal. De persoon die vangt houd zijn hand open onderaan de liniaal zodat deze er door kan vallen. Afhankelijk van je reactievermogen vang je de liniaal op een bepaalde hoogte. Twitter jouw score met #dal_reactie.
De stopafstand van een wielrenner is 50m. De reactieafstand is 20m. Bereken de remafstand.
De reactietijd van de wielrenner is 2,1 seconde. Bereken de snelheid.
Geef in dit diagram aan waar de bestuurder begint met remmen en waar hij stil staat.
De reactietijd van de bestuurder is 6 seconden. Geef ook in het diagram aan waar de bestuurder ziet dat hij moet remmen.
Geef ook in het diagram aan wat de reactieafstand, remafstand en stopafstand is.
Bereken de reactieafstand van de brommer in het diagram.
Een auto heeft een remafstand van 40m. Bepaal de snelheid van de auto voor de reactie.
Bepaal de snelheid van de auto net voor het remmen.
Bepaal de snelheid van de auto net na het remmen.
De bestuurder van de auto heeft een reactietijd van 3 seconden. Bereken de reactieafstand.
Bereken de stopafstand.
Maak een diagram met op de x-as de afstand in meters en op de y-as de snelheid in m/s. Teken in het diagram de snelheid van de auto en geef aan waar de reactieafstand en de remafstand zijn. Geef ook de stopafstand aan.
Een stuurman op een schip heeft een reactietijd van 4 seconden. Het schip heeft ene snelheid van 20 km/h. De remafstand van het schip is 0,7km. Bereken de stopafstand.